Press release also available in English, Dutch.
1. Context
De Luxemburgse TAK 6-kapitalisatieovereenkomst is een belangrijk en geschikt financieel product om te voldoen aan de behoeften van Belgische rechtspersonen.
Het rechtstreeks aanhouden en beheren van een beleggingsportefeuille op een effectenrekening door een Belgische entiteit brengt aanzienlijke administratieve en fiscale lasten met zich mee. Deze complexiteit kan worden beperkt als de Belgische entiteit haar beleggingsportefeuille onderbrengt in een TAK 6 unit-linked kapitalisatiecontract. In dat geval neemt de verzekeringsmaatschappij de verantwoordelijkheid op zich voor het beheer van de portefeuille volgens de voorkeuren van de verzekeringnemer of delegeert ze dit beheer in de meeste gevallen aan een discretionaire vermogensbeheerder, met inachtneming van de Belgische regelgeving.
Het fiscale regime dat van toepassing is op het TAK 6-kapitalisatiecontract voor Belgische entiteiten was in het verleden al het onderwerp van discussie, met verschillende tegenstrijdige uitspraken van de Belgische belastingadministratie. Dit debat werd opgelost toen de Belgische wetgever het belastingregime verduidelijkte in een wet die eind 2023 werd aangenomen. Sinds 2024 genieten TAK 6-kapitalisatiecontracten afgesloten door Belgische entiteiten dus van fiscale zekerheid.
Lombard International Assurance, nu onderdeel van Utmost Group, introduceerde eind 2021 haar TAK 6-kapitalisatiecontract op de Belgische markt, vanuit de hoofdzetel in Luxemburg, gevolgd door haar Belgische bijkantoor in 2022. Deze oplossing is speciaal ontworpen voor rechtspersonen en kan niet worden afgesloten door particulieren. De aantrekkingskracht van deze oplossing voor Belgische rechtspersonen ligt in de mogelijkheid om administratieve processen te vereenvoudigen en tegelijkertijd fiscale zekerheid te bieden, wat steeds meer belangstelling geniet.
2. Positie van de Belgische financiële toezichthouder (FSMA)
In 2019 liet de Belgische toezichthouder (FSMA) voor het eerst weten aan bepaalde Luxemburgse verzekeringsmaatschappijen die het kapitalisatiecontract TAK 6 aanbieden, dat ze niet akkoord ging met de distributie van dit product in België. De FSMA baseerde haar standpunt op een strikte en mogelijk betwistbare interpretatie van de Europese Solvency II-regelgeving, hierbij argumenterend dat kapitalisatieproducten een vast rendement moeten bieden om te vallen onder het vrij verrichten van verzekeringsdiensten, zoals gedefinieerd door de Solvency II-richtlijn.
De Belgische Wet die de Solvency II-richtlijn in 2016 in nationaal recht omzette, bevat echter expliciet een bredere definitie van kapitalisatiecontracten. Deze definitie omvat niet alleen vastrentende contracten, maar ook contracten die verbonden zijn aan beleggingsfondsen (unit-linked).
In maart 2024 heeft de FSMA haar standpunt herhaald door een nieuwe reeks brieven te sturen naar de Luxemburgse verzekeringsondernemingen, waarin ze hen uitnodigt om opheldering te vragen aan EIOPA (European Insurance and Occupational Pensions Authority) over de interpretatie van de Solvency II-richtlijn. In november 2024 deelde de FSMA haar standpunt ook mee aan een aantal Belgische verzekeringstussenpersonen, waardoor de onzekerheid binnen het netwerk van tussenpersonen toenam.
3. Positie van de Luxemburgse verzekeringssector
Als reactie op de groeiende onzekerheid bij de Belgische tussenpersonen startte de Association des Compagnies d'Assurances et de Réassurances (ACA) in Luxemburg in december 2024 een brede discussie over de kwestie. Op 8 januari 2025 heeft de ACA een officieel standpunt gepubliceerd waarin ze stelt dat het standpunt van de FSMA niet gerechtvaardigd is omdat het in tegenspraak is met de geldende wetgeving en afwijkt van de Europese principes van het vrij verrichten van diensten en het vrij verkeer van kapitaal.
De ACA besloot haar verklaring met te stellen dat ze de nodige stappen zal ondernemen om het recht van Luxemburgse levensverzekeringsmaatschappijen te verdedigen om TAK 6-kapitalisatiecontracten in België te verdelen en om ervoor te zorgen dat Belgische cliënten toegang hebben tot deze oplossingen.
Ondertussen lijkt het erop dat de FSMA zelf de kwestie heeft aangekaart bij EIOPA. Bijgevolg zou de interpretatie van de Solvency II-richtlijn met betrekking tot kapitalisatiecontracten op Europees niveau moeten worden behandeld, mogelijk met betrokkenheid van EIOPA en de Europese Commissie.

Nicolaas Vancrombrugge,
Senior Wealth Planner Belgium & Luxembourg